Punt II a – denk met je hart:
reflecteer op de aard van het zelf
Regard all dharmas as dreams; although experiences may seem solid, they are passing memories
Wat verandert er als je terugkijkt op recente gebeurtenissen en je beschouwt deze als een droom? Dromen zijn vluchtig, ze zijn niet echt. En precies daarom kan het weerstand oproepen om (momenten uit) je leven te beschouwen als een droom. Daarmee neem je er iets van weg. Allereerst de continuïteit, het idee dat dingen duren en hetzelfde blijven. Niet voor altijd natuurlijk, maar wel lang genoeg om voorspelbaar te zijn. Wat je ook wegneemt is het idee dat je invloed hebt op de gebeurtenissen in je leven, het gevoel dat je controle hebt, dat je de dingen kunt laten zijn zoals je wilt dat ze zijn.
Slogan (2) ZIE ALLE DINGEN ALS EEN DROOM is een oefening om te onderzoeken waar je tegenaan loopt als je de omlijndheid, de voorspelbaarheid en de beheersbaarheid van de dingen in je leven buiten werking stelt. Als de indelingen die je maakt en de grenzen die je trekt opeens onvast blijken, wat dan? Dat kan een gevoel teweegbrengen van zinloosheid: wat valt er nog te wensen, waarnaar kun je nog verlangen als je geen precies en vast beeld meer hebt van wat je wensen vervult? Waar kun je dan naar streven? Wat valt er dan te bereiken?
Maar het kan ook, en misschien zelfs tegelijkertijd, relativeren en een gevoel van ruimte en lichtheid geven. Je plek in het geheel is anders, niet in het middelpunt, want er is geen middelpunt, en daardoor niet belast door een zware verantwoordelijkheid die zo vaak samengaat met zelfverwijt en het gevoel tekort te schieten.
Je zou ook de oefening ZIE ALLE DINGEN ALS EEN DROOM kunnen zien als een relativering van de waarde die je hecht aan gedachten. Gedachten zijn soms geen feiten. Soms is een oordeel naar aanleiding van een gebeurtenis volkomen verkeerd. In eerste instantie ben je overtuigd van A. terwijl de waarheid B. blijkt te zijn. Een tijd lang was dus A. een spinsel van de geest. Iets dat voorbij ging en weer een andere inhoud kreeg door nieuwe feiten. Is een herinnering een concreet feit? Misschien heb je de situatie van toen een beetje bijgekleurd om er een goed gevoel te krijgen. Dat wil de slogan ons ook doen voelen. Het is misschien allemaal maar een droom: neem het niet te serieus. En als je tot deze conclusie komt kan het voelen als een enorme opluchting, vergeljkbaar met het ontwaken uit een nachtmerrie… het is maar een droom. Zo kun je de slogan ook inzetten: als je iets vervelends meemaakt dat in je gedachten blijft rondspoken kun je de tegengedachte uitproberen: ‘het is maar een droom’. In de zin van ‘het gaat voorbij’, elk probleem, elke emotie: uiteindelijk gaat het voorbij als een boze droom.
Reflectie-oefeningen
Wat is precies het onderscheid tussen echt en onecht? De herinnering, bijvoorbeeld, die je hebt aan dat gezellige etentje van gisteren, waarin verschilt die herinnering van een droom? Nu is ze net zo vluchtig en ongrijpbaar als een droom en bestaat alleen maar in je geest. Maar er is een verschil: als het een droom is geweest, dan zal je tafelgenoot zeer verbaasd zijn als je haar nu een berichtje zou sturen om te bedanken voor een gezellige avond. Als het geen droom was, dat zal ze waarschijnlijk een vriendelijk berichtje terugsturen. Het verschil tussen droom en echt is dat wat echt is deel uitmaakt van meer dan één levensverhaal: echt is wat we delen, met de nadruk niet op het wat, maar op het delen.

Kijk naar de klok. Je ziet de minutenwijzer niet bewegen als je je aandacht continu op de wijzer gericht houdt. Toch is hij weer vrij plotseling een stukje verder. Je kunt die beweging niet op heterdaad betrappen. Toch beweegt de wijzer wel. Na 1 minuut staat hij een streepje verder. Heb je hem zien bewegen?
Salvador Dali, ‘De volharding der herinnering’ (1931)
Je doet een waarneming, je hersenen verwerken wat je ziet in een voorstelling en in een gevoel. Eigenlijk zie je een herinnering van wat er net gebeurd is. De gebeurtenis zelf is feitelijk voorbij. Als je je concentreert op dat moment, die ene milliseconde, dan ontdek je pas hoe gek het allemaal werkt. Kun je bijvoorbeeld de start of het begin van een gedachte meemaken? Nee. Als je hem bewust bent dan zit je er midden in. Daar kun je geen invloed op uitoefenen. Het is onmogelijk om hem op heterdaad te betrappen of om een gedachte bewust voorbij te laten gaan. Plotseling is hij weg. Plotseling is er weer een volgende gedachte, zonder dat je de inhoud ervan kan voorspellen. De slogan ZIE ALLES ALS EEN DROOM wil je laten inzien dat datgene wat je waarneemt en denkt veel minder waarheidsgehalte heeft dan je denkt. Alles is in die zin droomachtig. Via de slogan kun je verlossing voelen van het ‘ik’ dat denkt in onomstotelijke waarheden die per definitie door waarnemingen worden gegenereerd.
Dali wil met de smeltende horloges in het schilderij ‘De volharding der herinnering’ (La persistència de la memòria) misschien wel zeggen: herinneringen smelten, zijn vloeibaar: zij worden door de tijd in je hoofd aangepast en verliezen realiteit.
Wanneer je alles dat om je heen gebeurt als toeval ziet wordt je ego kleiner. Het lijkt net of je je makkelijker kan overgeven aan de situatie, beter los kan laten. Je zit plotseling minder achter het stuur en meer op de achterbank. Je krijgt distantie. De wereld om je heen krijgt een luchtig karakter: de willekeurigheid van de loop der dingen wordt meer voelbaar. Het relativeert je waarheidsgebod. Anything goes, zei Lyotard.