(4.6 – 3.8 miljard jaar vChr)
1) een ster uit een zonnenevel in het heelal explodeert en vormt het zonnestelsel. Door accretie van brokstukken gaan acht planeten in vaste banen rond deze zon draaien

Zo’n 4.600.000.000 jaar geleden ontstond ons zonnestelsel door het exploderen van een grote ster die wij de zon zijn gaan noemen. De kernexplosie van de zon trok voor zo’n 98% materie naar zich toe. Maar wierp ook zo’n 2% chemische elementen de ruimte in waarbij resten gesteenten samenklonterden tot een groter geheel, een planeet. Dit noemen astrofysici ‘accretie’. Door de aantrekkingskracht tot de zon zijn deze ‘resten’ als hemellichamen in een baan om de zon gaan draaien. We onderscheiden, meer verder van de zon af, de gasbollen Jupiter, Saturnus, Uranus en Neptunus. Door hun kleinere gewicht zijn zij verder in de ruimte weg geslingerd. Meer zwaardere brokstukken raakten dichter bij de zon in een baan. Zij vormden de steenachtige planeten die wij later Mercurius, Venus, Aarde en Mars zijn gaan noemen.