
Echtgenote van Rudolf Ehrenstein
Pleegt zelfmoord omdat zij niet door haar man en de tijd erkend wordt als schilderes door vlakbij bij het Weesperstation voor de (stoom)locomotief te stappen bij de opening van Het Laboratorium voor de Gezondheidsleer in het Oosterpark.
Therese Ehrenstein (1874–1916)
Echtgenote van Prof. dr. Ehrenstein
Leeftijd bij introductie: midden 30
Woonplaats: Amsterdam, nabij Oosterpark
Opleiding: Gymnasium en privéscholing in talen, muziek en natuurwetenschappen
Huwelijkse status: Gehuwd met Prof. dr. Ehrenstein
Behandeling: In therapie bij zenuwarts dr. Felix van Rhijn
Persoonlijkheid en innerlijk conflict
Therese is intelligent, gevoelig en in veel opzichten haar man geestelijk gelijkwaardig — maar maatschappelijk volledig afhankelijk. Ze is gevormd door een strenge, liefdeloze jeugd (mogelijk een koele moeder, dominante vader) en lijdt aan depressieve buien, obsessieve schuldgedachten en periodes van lethargie.
Ze heeft een diep verlangen naar zingeving, intellectuele erkenning en autonomie, maar leeft in een tijd waarin vrouwen voornamelijk als echtgenote en moeder tellen. Haar scherpzinnigheid is een last geworden: ze ziet de grenzen van haar leven haarscherp, maar kan ze niet doorbreken zonder alles te verliezen — haar status, haar huwelijk, haar verstand.
Externe rol en dramatische functie
Therese is de cruciale spil in het morele en psychologische conflict tussen de somatisch-rationele wereld van haar man Ehrenstein en de psychodynamisch-intuïtieve benadering van Felix van Rhijn.
Ze vertegenwoordigt het lijden dat geen medische oorzaak heeft, en roept daarmee fundamentele vragen op over de scheiding tussen lichaam en geest.
Ze is ook de katalysator van het duivelse dilemma:
- Ehrenstein weet dat de therapie haar helpt, maar voelt zich verraden.
- Felix beweegt tussen zorg en begeerte, geholpen en gehinderd door zijn eigen narcisme.
- Therese twijfelt of haar liefde voor Felix ‘echt’ is, of slechts een projectie van haar verlangen naar bevrijding.
Thematische verankering
Therese belichaamt meerdere thema’s:
- Verlies van autonomie onder systeemdruk (vrouw in patriarchale context)
- Psychisch lijden als gevolg van maatschappelijke beperkingen
- Onbetrouwbaarheid van de innerlijke stem (schuld, schaamte, projectie)
- Het lichaam dat lijdt zonder oorzaak
- Het impostersyndroom avant la lettre (zij voelt zich geen echte intellectueel, geen echte vrouw)
Narratieve ontwikkeling
- Begin: Therese is uitgeput, afstandelijk, wanhopig. Ze worstelt met haar rol als echtgenote en haar onuitgesproken verlangen naar een ander leven.
- Midden: In haar sessies met Felix hervindt ze haar stem, maar wordt ook kwetsbaarder. Ze voelt zich voor het eerst gezien.
- Keerpunt: Ze schrijft een brief aan haar man waarin ze haar liefde voor Felix opbiecht, maar ook haar angst voor maatschappelijke uitsluiting.
- Einde (mogelijk): Ze maakt een keuze die voor anderen onverstaanbaar is: vluchten, sterven, scheiden — of een radicale vorm van overgave aan haar eigen waarheid.
Laat me weten of je haar ook in een bepaalde scène of innerlijke monoloog wilt verder uitwerken.