Bekijk de Geheugen Groeve op mijn zolder
‘De wokkel. Een v e r d r a a i d lekker zoutje,’ de slogan staat nog in mijn geheugen gegrift. In 1974 kwam hij op de markt. Ik weet het nog goed. Ik moet 8 zijn geweest. Er was iets geks in de TV-reclame. Iets bedreigends. ‘Pas op. Als je er één hebt gegeten ben je verkocht,’ klinkt het nu uit mijn onderbewuste. Een brij aan signalen. Vast allemaal half waar…
In een Parool-advertentie van oktober 1974 vond ik de eerste wokkelreclame terug. Er staat inderdaad “Pas op”. Maar zou ik dat toen al gelezen hebben? Dat lijkt me sterk. TV-reclames keek ik wel natuurlijk. Die blijven hangen.
Ik was inderdaad meteen verkocht aan dit instrument van de duivel. Maar ik had toen nog niet de financiële draagkracht om zelf een zak te kopen. Klopt dan dat jaartal 1974 wel? Het was misschien toch later maar wel een iconisch jaar. 1974. Leuk voor dit verhaal dus ik laat het staan. Hoog Catharijne opende in 1973. We deden daar altijd boodschappen bij V&D – de plek waar mijn vader manager was van ‘de food’. van regio Utrecht. Mijn moeder was niet zo moeilijk wat betreft vettigheid inkopen, gelukkig. Standaard gingen er twee zakken paprikachips (eigen merk: Vendex – jakkie) in de kar voor zaterdagavond, onze chipsavond. Onzichtbaar gooide ik er 1 terug en legde er een mooie zak Bruin-met Oranje opdruk voor in de plaats. Wokkels en de Wie-kent-quiz, een perfecte combinatie.
Oktober 1974. We hadden weer van Duitsland verloren. Mijn vader was midden in de huiskamer gaan staan. Met betraande ogen schreeuwde hij:
EN OOK MIJN FIETS TERUG
VUILE ROTMOFFEN
Als kind begreep ik die opmerking niet helemaal. Hadden Beckenbauer en Müller ook onze fietsen gestolen? En Sep Maier, die keeper met die zwarte broek en grote handen, ging die weleens de Nederlandse grens over om hier en daar een fiets in te laden? Mysterieus.
Maar we hadden gelukkig wel wokkels toen. Een compact zoutje, niet zo’n hap lucht als paprikachips. Hij smaakte naar aardappel. En unami. Zout als de neten. Maar dat wist ik toen nog allemaal niet. Wat een feest. Je kreeg er ook geen rode vingers van (Paprika) of geel: (Chipito). Dus je moeder kon niet zien dat je zo’n zak had leeggegeten tijdens het huiswerk maken. En wat een harde bite.
In 2024 is het vijftig jaar geleden dat in Nederland de wokkel werd geïntroduceerd. Het Smiths-merk, ooit bedacht door de aardappeltelers van Noord-Holland om hun product beter te vermarkten is inmiddels vervangen door de Engelse fabrikant Lays. Maar wel al 50 jaar lang een ijzersterk en ‘verdraaid lekker’ zoutje. Ik zou zeggen: de geboorte van de wokkel moet een nationale feestdag worden, nee, sterker: feestdagen. De Wokkelfeesten in oktober. Die worden nog bekender dan de bierfeesten in Duitsland in oktober.
Het was niet alleen de smaak maar ook de harde, verse krak die zelfs bij een geopende zak aanwezig bleef. Al haalde ik nooit de 10 minuten met een geopende zak. De paprikaversie was vies want was een ander smaaknummer dan de standaard paprikachips. Die gedraaide spiraalvorm was ook heel functioneel als je hem in een mayonaise-knoflook sausje dipte. In die helix bleef veel meer hangen. Een groot voordeel van deze vorm, had ik het idee. Maar als chipsverslaafde reken je je snel rijk. Een beetje vergelijkbaar met de gedachte dat mijn chocaladeletter M meer chocola bevat dan de C van mijn zusjes Caroline en Cécile. Over de D van Denise twijfelde ik door die lange poot, links.







