Bekijk de Geheugen Groeve op mijn zolder
Het moet tijdens het bekijken van Soldaat van Oranje (1977) zijn geweest dat ik voor het eerst het woord ‘Ausweis!’ hoorde. Het had iets heel dreigends. Foute boel. Ik was 11 jaar. Hoe dan ook: de Ausweis van mijn Opa kon ik niet weggooien toen deze in de documenten van mijn overleden vader in 2018 naar boven kwam. Mijn vader staat ook in het persoonsbewijs vermeld, onderaan.
🎶
Muziek: Soldaat van Oranje, titelsong film – Metropole Orkest cond. by Rogier van Otterloo
🎶
Het ontroert me nog steeds hoe mijn vader in het persoonsbewijs van mijn Opa (1904-1976) als enig kind wordt genoemd. Het is 1944. Mijn vader is 11 jaar. Hij wist toen nog niet dat ik zijn zoon zou worden. Hij wist ook nog niet hoe ik op 11-jarige leeftijd stiekem met mijn grote zus Denise naar de film ‘Soldaat van Oranje’ in de Rembrandt-bioscoop in Utrecht ging kijken. Naar een geromantiseerd beeld van De Bezetting die hij echt had meegemaakt.
Voor zijn dood vertelde hij mij nog hoe hij als 11-jarig jochie de draak aan het steken was met een marcherend peloton ‘Moffen’ in de Burgemeester Reigerstraat in Utrecht. Wat een jonge held! Dat verhaal had nog een naar staartje.
Een zending kaas voor de Simon de Wit
Mijn vader leverde voor een fotoboek van Ad van Liempt over de Bezettingstijd in Utrecht nog een foto.
In: Een zending kaas voor de Simon de Wit (bron: Nieuws030.nl)
Een lange rij mensen voor een winkel, de Simon de Wit (nu zit daar de Albert Heijn). De hongerwinter is nog een eind weg want het is 12 mei 1943, maar voedsel is wel schaars en als bekend wordt dat er een zending kaas naar de Simon de Wit komt zingt dat snel rond.
Lex Burkunk is elf jaar oud als de foto wordt gemaakt.
“Mijn eigen herinneringen daaraan zijn inmiddels 71 jaar oud. Wat ik er over kan zeggen is dat mijn vader de filiaalhouder was en in loondienst bij Simon de Wit N.V., franchising bestond nog niet. Wij woonden boven de zaak. Zowel de personeelsleden, klanten en buurtgenoten noemden mijn vader Chef.”
“Vanaf 1943 werd de bevoorrading van de winkel steeds onvollediger en onregelmatiger om in de loop van 1944 vrijwel geheel te stoppen (de hongerwinter). Daags voor 12 mei 1943 kreeg mijn vader bericht over de komst van een zending kaas. Middels een raambiljet werd de dag van verkoop en de benodigde distributie-bonnen kenbaar gemaakt . De aankondiging ging als een lopend vuurtje door de buurt. Gevolg: een lange queue want kaas was nauwelijks te krijgen. Een agent kwam nog een kijkje nemen of alles wel in het gerede bleef. In het begin van de middag was de kaas uitverkocht. En de foto zelf, die is genomen door een buurman die fotograaf was en als enige nog over een filmrolletje.”






