Bekijk de Geheugen Groeve op mijn zolder
Hij stond zolang ik mij kan herinneren op onze vensterbank in de huiskamer. Een houten boekensteun in de vorm van een knielende man. Een intrigerend beeldje. Mijn moeder had het gekregen van haar broer Piet die op de Grote Vaart zat. Het kwam uit Indonesië. In mijn kinderjaren dacht ik dat de man een Romeinse soldaat was. Zijn haar zag er uit als een helm; hij had ook leren stukken op zijn benen. Hij was aan het huilen.
Mijn moeder vond van niet. ‘Hij is aan het bidden,’ zei ze dan altijd heel dwingend als ik er over begon. Onzin, dacht ik dan. Zijn verdriet en wanhoop waren heel duidelijk. Ik werd er zelf ook altijd verdrietig van, als ik hem zo zag zitten in onze vensterbank. Een beetje bang ook. Maar dat kwam vooral omdat mijn moeder altijd zo fel reageerde. Er was iets met dat beeldje. In retrospectief begrijp ik die reactie beter. Toen totaal niet.
In de jaren ’50 zat mijn oom ‘op de Grote Vaart’ als marconist. Hij deed vaak Indonesië aan. Hij bemande op Java (Bandoeng?) zelfs een paar jaar een zendstation. Dit moet na de onafhankelijkheid zijn geweest. Best een gevaarlijke situatie als ‘belanda’ in de jonge republiek die zich los had gemaakt van Nederland. Oom Piet was een avontuurlijke man. Ik vond het altijd leuk als hij bij ons thuis kwam. Hij had sterke verhalen over zijn reizen. En hij kon twee vol geschepte borden met dampende Eigenheimers achterelkaar opeten. Daar genoot hij van. Hij vond het leuk dat ik geïnteresseerd was in houtbewerking. Van een oude wasmachinemotor maakte hij voor mij een ‘hout-draaibank’, waar ik apetrots mijn eerste kandelaar mee fabriceerde. Van een vierkante, beuken tafelpoot wel te verstaan. Een wonder, dat houtdraaien. Echt een toffe oom.
Nu vraag ik me af of het prachtige beeldje door stoere zeeman Piet aan mijn moeder geschonken is met een speciale bedoeling. Want mijn moeder deed er altijd geheimzinnig over.
Toen mijn vader in 2018 stierf heb ik het beeldje geërfd. Ik weet niet meer of zij het speciaal aan mij had nagelaten of dat ik het na die ongemakkelijke tombala met mijn drie zussen inzake de erfenis, via het lot naar mij toe heb gekregen door het lot… Of had ik het al eerder in mijn bezit? Dan zou ik het toch van mijn moeder hebben gekregen… Waarschijnlijk heb ik dat gewoon verdrongen. Een ding is duidelijk: ook voor mij kreeg het beeldje een speciale betekenis door de geheimzinnigheid waarmee het was omgeven.
Enfin.
Het staat al jaren op het bureau van mijn vrouw. Onlangs kwam zij er achter via Google Lens dat het een Orang Malu (in het Maleis: ‘verlegen mens’) wordt genoemd. Heel goed dat ze daar werk van gemaakt heeft. In een keer kreeg het beeldje nog meer betekenis dus het hoort op de zolder van dit blog. Mijn vrouw doceerde: ‘Het beeldje stelt een monnik voor die zich schaamt voor al het leed en kwaad in de wereld!’ En ik dacht nog steeds kinderlijk triomfantelijk: ik had dus toch gelijk, mama… hij huilt.
Op het web las ik: ‘De Indonesiërs geloven dat als je over zijn rug aait, al je zorgen worden weggenomen en het zelfvertrouwen gaat groeien. Er wordt ook gezegd dat hij al het kwade buiten de deur houdt wanneer je hem met zijn gezicht naar de hoofdingang van je huis plaatst.’ Dat hebben we nu gedaan.
Het zou heel goed kunnen dat mijn oom Piet het beeldje voor zijn zus had meegenomen uit Indonesië met een speciale gedachte. Mijn moeder en hij verloren namelijk in de oorlog hun broer Jan. Mijn moeder sprak in ieder geval nooit over deze symbolische betekenis van het kunstwerkje. Zij noemde het ook consequent boekensteun. Zij zweeg verder als het graf, zoals over zo veel dingen.
De Orang Malu is ook een lachende Boeddha
Qua interpretatie had mijn moeder aan de andere kant toch een beetje gelijk wanneer zij mij corrigeerde met ‘het is een biddende man’. Het was misschien handiger geweest als zij wat meer had verteld over haar gevoelens. Maar dat kon ze niet. Ik denk ook dat ze mij als klein kind daar niet mee lastig wilde vallen. Maar die kwaadheid omdat ik er iets inzag dat ‘verkeerd’ was. Dat begreep ik niet. Waarom mocht ik er niet een huilende man in zien? Waarom wilde zij sowieso bepalen wat ik moest zien? We zullen het nooit weten.
Je kunt het beeldje namelijk ook vanuit een ander perspectief zien. Beschouw de vingertoppen als tanden in een grote mond, de oren als ogen en je ziet een compleet andere boodschap. De man lacht en hij heeft vrede in zichzelf gevonden. Ik hoop oprecht dat het beeldje dat gevoel bij mijn moeder opriep. Troost.

https://www.yogiman.nl/
Als u het hoofd van Yogiman naar u toekeert en hem beter aankijkt, dan ontdekt u zijn lachende gezicht: de handen zijn tanden, het hoofd is zijn neus en de oren zijn de ogen. Aan de achterkant van Yogiman ontdekt u de vorm van een hart, dit staat voor leven en kracht. Aan de zijkant van Yogiman (de armen) ziet u de vorm van een foetus, dit staat voor reinheid en een nieuw begin. De Yogiman is tevens een symbool dat het leven in een cirkel verloopt. Geen begin en geen einde. Wanneer je de Boeddha van achter bekijkt, zie je de vorm van een mensenhart. In zijn hart is hij gelukkig en heeft vrede in zichzelf gevonden.
Deze Yogiman en elk ander boeddhabeeld is in principe altijd een cadeau. Volgens de traditie mag een boeddha, hij of zij want er zijn ook vrouwelijke boeddha’s zoals Kwan Yin, alleen gegeven worden en nooit voor jezelf gekocht.